Background

Wouter van Noort

Journalist bij NRC, Nieuwsbrief Future Affairs en Transcend. Werk verscheen onder meer bij 1Vandaag, DWDD, Op1, NOS, Elsevier Weekblad en De Groene

67 posts / 4 following / 2.2k followers

Follow Wouter

How To Do The Most Good

De wereld verbeteren door vegetariër te worden of plastic te minderen? Veel beter kun je je carrière wijden aan het maximaal goede doen voor de aarde en de mensheid. In je werk kun je namelijk schaal en bereik creëren die je in je persoonlijke consumptie nooit kan. Maar hoe? Dit essay van William MacAskill, oprichter van de Effective Altruism-beweging, zou standaardmateriaal moeten worden op universiteiten, hogescholen en MBO’s vind ik. ‘1. Learn, 2. Build options, 3. Do good. In reality, you’ll be pursuing all of these priorities throughout your career, but each one will get different emphasis at different stages. Learning will tend to be most valuable early in your career. Building your options by investing in yourself and accruing career capital is most valuable in the early to middle stages of your career. Making a bet on how to do good is most valuable in the mid to late stages of your career. But your emphasis might move back and forth over time. For instance, a 40-year-old who decides to make a dramatic career change might go back into learning mode for a few years. And you might be lucky enough to find yourself with opportunities to have an enormous positive impact right out of college; if so, this framework shouldn’t discourage you from doing that. Let’s first look at learning. People often feel a lot of pressure to figure out their best path right away. But this isn’t possible. It’s hard to predict where you’ll have the best fit, especially over the long term, and if you’re just starting out, you know very little about what jobs are like and what your strengths are. Moreover, even if you could find the best path now, it might change over time. The problems that are most pressing now could become less pressing in the future if they receive more attention, and new issues could be discovered. Likewise, you might find new opportunities to make progress that you hadn’t anticipated. Even your personal preferences are likely to change — probably more than you expect. Ask yourself: How much do you think your personality, values and preferences will change over the next decade? Now ask: How much did they change over the previous decade? Intuitively, I thought they wouldn’t change much over the next decade, but at the same time, I think they changed a lot over the previous decade, which seems inconsistent. Surveys find similar results, which suggests that people tend to underestimate just how much they will change in the future. All of this means that it’s valuable to view your career like an experiment — to imagine you are a scientist testing a hypothesis about how you can do the most good. In practical terms, you might follow these steps: 1. Research your options. 2. Make your best guess about the best longer-term path for you. 3. Try it for a couple of years. 4. Update your best guess. 5. Repeat. Lees het hele essay hier via link op Noēma:

September 24
Selected by:
Wouter van Noort
  + 53 saves
Quote

De wereld verbeteren door vegetariër te worden of plastic te minderen? Veel beter kun je je carrière wijden aan het maximaal goede doen voor de aarde en de mensheid. In je werk kun je namelijk schaal en bereik creëren die je in je persoonlijke consumptie nooit kan.

Maar hoe?

Dit essay van William MacAskill, oprichter van de Effective Altruism-beweging, zou standaardmateriaal moeten worden op universiteiten, hogescholen en MBO’s vind ik.

‘1. Learn, 2. Build options, 3. Do good. In reality, you’ll be pursuing all of these priorities throughout your career, but each one will get different emphasis at different stages. Learning will tend to be most valuable early in your career. Building your options by investing in yourself and accruing career capital is most valuable in the early to middle stages of your career. Making a bet on how to do good is most valuable in the mid to late stages of your career.

But your emphasis might move back and forth over time. For instance, a 40-year-old who decides to make a dramatic career change might go back into learning mode for a few years. And you might be lucky enough to find yourself with opportunities to have an enormous positive impact right out of college; if so, this framework shouldn’t discourage you from doing that.

Let’s first look at learning. People often feel a lot of pressure to figure out their best path right away. But this isn’t possible. It’s hard to predict where you’ll have the best fit, especially over the long term, and if you’re just starting out, you know very little about what jobs are like and what your strengths are. Moreover, even if you could find the best path now, it might change over time. The problems that are most pressing now could become less pressing in the future if they receive more attention, and new issues could be discovered. Likewise, you might find new opportunities to make progress that you hadn’t anticipated.

Even your personal preferences are likely to change — probably more than you expect. Ask yourself: How much do you think your personality, values and preferences will change over the next decade? Now ask: How much did they change over the previous decade? Intuitively, I thought they wouldn’t change much over the next decade, but at the same time, I think they changed a lot over the previous decade, which seems inconsistent. Surveys find similar results, which suggests that people tend to underestimate just how much they will change in the future.

All of this means that it’s valuable to view your career like an experiment — to imagine you are a scientist testing a hypothesis about how you can do the most good. In practical terms, you might follow these steps:

1. Research your options.

2. Make your best guess about the best longer-term path for you.

3. Try it for a couple of years.

4. Update your best guess.

5. Repeat.

Lees het hele essay hier via link op Noēma:

Mariana Mazzucato: ‘The McKinseys and the Deloittes have no expertise in the areas that they’re advising in’

“Consultancies and outsourcers know less than they claim, cost more than they seem to, and — over the long term — prevent the public sector developing in-house capabilities, says professor Mariana Mazzucato. “The problem is when an industry [has] no incentive to get government to be independent. A therapist who has their client in therapy forever obviously isn’t a very good therapist.”

February 25
Selected by:
Wouter van Noort
  + 26 saves

The role and power of re-patterning in systems change

Hoe werkt systeemverandering? Onder de oppervlakte van elke zichtbare verandering, zit een reusachtig netwerk aan patronen, waarden, interacties, mindsets en nog veel meer. Belangrijk onderzoek en boeiende grafiek die laat zien hoe belangrijk de vaak onzichtbare onderstroom is in dit soort transities, en hoe veel bestuurders en beleidsmakers (en ik denk ook journalisten) zich veel te vaak richten op het topje van de ijsberg. “What is needed is a foundation for public systems that moves [..] towards goals around learning how we can promote patterns of thriving, aspiration, success and ‘wellbeing’.” Jan Rotmans haalt in zijn nieuwe boek denk ik terecht deze mooie liedtekst van Stef Bos aan: Maar de onderstroom Die niemand ziet Bepaalt de richting Op elk gebied

November 15
Selected by:
Wouter van Noort
  + 24 saves

Leidinggeven: duwen of loslaten?

Duwen of loslaten; controleren of vertrouwen? Een eeuwig dilemma en elke manager en ouder kan erover meepraten hoe moeilijk het is om te bepalen wanneer wát het beste is. Goede column weer van Roland van der Vorst in het FD, met een mooi inzicht: “Er bestaat een experiment waarbij wetenschappers mensen die nog nooit getennist hadden, twee maanden gaven om het spel onder de knie te krijgen. Ze werden in twee groepen verdeeld. De ene groep kreeg normaal tennisles van echte tennisleraren. De proefpersonen uit deze groep werden de baan opgestuurd en leerden hoe ze de forehand en backhand moesten slaan. Elke dag kregen ze instructies van hun leraren en zo moesten ze in twee maanden klaargestoomd worden. De andere groep mocht ook met een racket in de hand de tennisbaan op. Maar deze proefpersonen kregen geen instructies van tennisleraren. Ze moesten naar beelden kijken van professionele tennisspelers in hun allerbeste doen. De groepsleden kregen te horen dat ze figuranten zouden zijn in een film waarin ze moesten doen alsof ze tennisten. Ze hoefden het spel niet echt onder de knie te krijgen, het moest er gewoon uitzien alsof ze precies wisten wat ze deden. Ze oefenden op de vorm, de houding, de lichaamstaal, de uitdrukkingen van professionele spelers. Het maakt niet uit waar ze de bal sloegen, zolang het er maar goed uitzag. Na twee maanden lieten ze deze twee groepen tegen elkaar spelen. En wat bleek? De groep die was verteld dat het een film betrof, won met gemak van de eerste groep die zo hard geïnstrueerd was. De winnende proefpersonen hadden de ander nagedaan. Ze hadden elk detail van de tennisbeweging nagebootst, ook de dingen die je nooit kunt uitleggen. In plaats van instructies te volgen, leerden ze door (vaak) onbewust signalen op te vangen. Voor mij laat het vooral zien dat je blijkbaar heel goed twee dingen tegelijkertijd kunt realiseren: de beste worden zonder te hard te duwen. Mensen net genoeg vrijlaten zodat ze iets leren, op een manier die je nooit helemaal met aanwijzingen kunt overdragen. Leiderschap komt eigenlijk neer op het ontwerpen van situaties waarin mensen zich het goede eigen maken.” Lees het volledige artikel:

December 23
Selected by:
Wouter van Noort
  + 19 saves

Kunst kan de wereld alleen veranderen wanneer kunstenaars de politiek in gaan

De extreme hoeveelheid consultants, ambtenaren, coaches, cursusaanbieders, middelmanagers die als je éven doorvraagt zelden iets échts maken, pionieren of produceren en eigenlijk alleen maar abstracties en bullshit rondpompen, vinkjes zetten, PowerPoints maken, vergaderen, kletskoek verkopen. Nassim Taleb noemt het ‘macrobullshit’: het stapelen van abstracties en protocollen die alle contact met de realiteit onmogelijk maakt. Een tussenlaag die alles vertraagt. Lieke Marsman noemt het het ‘imitatiesyndroom’. Dat maakt een samenleving heel kwetsbaar, denkt ze: ‘Ambtenaren produceren de taal waarvan ze denken dat ambtenaren die horen te produceren. Politici zeggen de dingen waarvan ze weten dat politici er op dat moment mee kunnen scoren. En de ‘gewone burger’ volgt met z’n laatste beetje energie en een STAP-budget een extra bijscholingstraject, zodat-ie verder kan gaan met de e-mails, rapporten en researchproposals produceren die hij al produceerde, terwijl een therapeut hem of haar vanaf de zijlijn aanmoedigt. De exorbitante hoeveelheid coaches, consultants en cursisten alsook alle nietszeggende rapporten en beoordelingsformulieren waarmee we elke dag worden doodgegooid – het zijn allemaal tekenen dat de samenleving voor mensen te complex is geworden (het fenomeen klanttevredenheidsonderzoek in het bijzonder is voor mij altijd een teken dat de medewerkers van een bedrijf op hun laatste benen lopen – als alle inspiratie écht op is, zeg dan maar tegen de baas dat je een klanttevredenheidsonderzoek gestart bent; dat is altijd goed). En daar is voor kunst, poëzie in het bijzonder, wel een heel grote rol weggelegd. Eén van de belangrijkste dingen die poëzie mij geleerd heeft is niks doen. Om een goed gedicht te schrijven, maar ook om een gedicht te kunnen lezen op een manier waarop het binnenkomt, moet je vooral: niks doen. Poëzie is het bewijs dat meer werken niet hetzelfde is als meer werk gedaan krijgen. We doen te weinig niks en als gevolg daarvan leven we in een imitatiemaatschappij waarin we steeds vaker een vervagende kopie van onszelf spelen.’ Lees haar hele betoog:

February 2
Selected by:
Wouter van Noort
  + 16 saves

Australia to allow prescription of MDMA and psilocybin for treatment-resistant mental illnesses

Australië wordt het eerste land ter wereld waar psilocybine (paddo’s/truffels) en MDMA toegestaan zijn voor de behandeling van sommige depressies en trauma’s. Het bewijs groeit dat eenmalig gebruik onder begeleiding in bepaalde gevallen beter werkt dan de langdurige therapieën met pillen en antidepressiva. Deze middelen dagen uit tot een andere blik op psychische gezondheid en de rol van het bewustzijn daarin, en kunnen zorgen voor een veel kleinere rol voor de farmaceutische industrie bij deze aandoeningen. “In addition to a clear and evolving therapeutic benefit, it also offers the chance to catch up on the decades of lost opportunity [of] delving into the inner workings of the human mind, abandoned for so long as part of an ill-conceived, ideological ‘war on drugs’.”

February 15
Selected by:
Wouter van Noort
  + 16 saves

Deze leraar geeft geen cijfers meer

‘Op de eerste dag van een nieuw schooljaar stapte Jeroen Lamberts (33), docent economie, zijn klas binnen en zei: ‘Jullie krijgen van mij geen cijfers dit jaar.’ Z’n klas, 3 vwo, barstte in juichen uit.’ Mooi stuk van Johannes Visser over het afschaffen van cijfers in de klas. Dat bevat lessen voor veel meer beroepsgroepen dan alleen het onderwijs denk ik: “Ik gaf een opdracht en de eerste vraag was: “Is het voor een cijfer?” En dus niet: “Goh, wat leuk om dit te leren.” Toen zag ik dat het leerlingen alleen maar om dat cijfer gaat en niet om wat dat cijfer betekent, niet om de kennis die nodig is om dat cijfer te halen. Ze raffelden hun werk af, schreven huiswerk van elkaar over, en als de bel ging en ze hun werk nog niet af hadden, dan maakten ze het thuis niet af. Waarom niet? Omdat het toch niet voor een cijfer is.’ Herkenbaar? Op welke plekken zie je deze dynamiek nog meer?

February 21
Selected by:
Wouter van Noort
  + 18 saves

De economische groei nam toe in 2022, maar de kloof tussen gelukkige en ongelukkige mensen ook

Er is nog een andere kloof aan het groeien tussen mensen: een gelukskloof. Interessant stuk van Maarten Schinkel. “Opvallend is dat de kloof groeit tussen ongelukkige en gelukkige mensen. In 2006 gaf 3,4 procent van de mensen wereldwijd hun leven een tien, het hoogst mogelijke cijfer. 1,6 procent gaf zijn of haar leven een nul. In 2021 gaf maar liefst 7,4 procent van de mensen het leven een tien – een verdubbeling sinds 2006. Aan de onderkant van het geluk veranderde de score juist in negatieve richting: 7,6 procent van de ondervraagden geeft nu het leven een nul – en dat is bijna vijfmaal zoveel als destijds. Aan de bovenkant van de geluksladder nam het geluk dus toe, terwijl het aan de onderkant juist afnam. Deze gelukskloof is ook op een andere manier terug te zien. Bij het begin van de meting in 2006 gaf de 20 procent gelukkigste mensen het leven gemiddeld een 8,3 en gaf de 20 procent ongelukkigste mensen het leven een 2,5. Vijftien jaar later, in 2021, geeft de gelukkigste 20 procent het leven een hoger cijfer dan toen: een 8,9. De meest ongelukkigen geven hun leven nu juist een lager cijfer dan destijds: een 1,2. Ook zo bezien was de groei van de gelukskloof al aan de gang voordat corona toesloeg. Waar de kloof vandaan komt? De inkomenskloof in veel landen is groter geworden. Er is een correlatie tussen inkomen en geluk. En er is een flinke samenhang tussen inkomen en gezondheid. Ook in Nederland. Nog deze week kwam het Centraal Bureau voor de Statistiek met een onderzoek waaruit bleek dat mensen uit de hoogste welvaartsgroep, de bovenste 20 procent, 9 jaar langer leven dan die uit de laagste groep. Hun leven in goede gezondheid duurt zelfs 23 (vrouwen) tot 25 (mannen) jaar langer. De welvarendste mens blijft veel langer gezond, en wordt ouder. Gezondheid is een belangrijke geluksfactor.”

December 24
Selected by:
Wouter van Noort
  + 13 saves

Je hoeft hier niet vanaf je zestiende rendabel te zijn

‘De Friezen zijn niet rijk maar wel gelukkig. Ze scoren hoog op ‘brede welvaart’, die naar meer dan alleen geld kijkt. Beschikt Friesland over een geheim recept?’ Mooi artikel van Yvonne Zonderop over de Friese paradox (relatief laag inkomen, relatief hoge tevredenheid), radicaal andere beleidskeuzes en de Friese ‘mienskip’ de diepe culturele waardering van de buurt, de gemeenschap en een sterk sociaal weefsel. Ze schrijft in De Groene: “De rustige omgeving, de mooie natuur en het sterke sociale weefsel hebben een positieve invloed op het welzijn en de ervaren gezondheid van de Friezen, ook al hebben ze het niet breed. Ze behoren tot de gelukkigste mensen in Nederland. Lage economische status betekent nog niet automatisch een slechter leven. Die boodschap sloeg hier in als een bom. De provinciebestuurders zeiden: wij gaan ons beleid erop aanpassen. Geluk staat voortaan op nummer één. Sindsdien is niet economische groei maar welzijn de leidraad. Het heeft de provincie Friesland tot een pionier gemaakt in de zoektocht naar brede welvaart. Deze term duikt steeds vaker op in ministeriële stukken en bij bestuurders overal in Nederland. Wat het precies omvat, is niet helder omschreven, maar het is wel duidelijk waar het naar streeft: verantwoorde groei die mens en planeet geen kwaad berokkent en die (toekomstig) welzijn paart aan welvaart. Het begrip is bedoeld als alternatief voor het bruto binnenlands product, het bbp, dat tot op heden onze maatstaf vormt voor economische groei, en waarop al jaren veel kritiek komt. Het bbp telt sociaal welzijn en duurzaamheid niet mee, brede welvaart doet dat wel. […] “Het is economisch gezien geen rijk gebied. Maar er is wel veel ruimte, rust, bos, een mooi natuurgebied. Dat waarderen de bewoners enorm. Ze zijn blij dat ze na een dag in de stad weer naar huis mogen. Ze voelen zich deel van een gemeenschap. Doen veel voor elkaar, houden elkaar in de gaten. Dat heet mienskip, en dat vinden de meesten heel prettig. Het liefst blijven ze de rest van hun leven in het dorp wonen.’ Het is duidelijk dat de burgers niet willen dat hun dorp verandert. Maar de vraag rijst: hoe blijft het welzijn van dit dorp behouden? Als je geen nieuwbouwwijk wil toestaan omdat je de mienskip wil behouden, moet je ook beseffen dat er geen import komt van jonge gezinnen waarvan de kinderen over twintig jaar kunnen zorgen voor de inmiddels vergrijsde dorpsbewoners. In dat geval zullen de bewoners, hoe vergrijsd ook, elkaar zelf mantelzorg moeten blijven geven. Dit zijn keuzes, zegt Molema, die je samen met de bewoners moet bespreken. Brede welvaart is dus geen voorgeschreven recept met een gegarandeerd probleemloze uitkomst. Het is een afweging tussen doelen die je als onderzoeker of bestuurder bespreekbaar maakt.” Lees het hele stuk:

January 3
Selected by:
Wouter van Noort
  + 13 saves

De Noorse oliemiljarden

1.261 miljard euro, ongeveer 225 duizend euro per Noor. Zoveel is sinds 1996 opgebouwd door het land dat de olie- en gasbaten wél investeerde in een langetermijnfonds met langetermijnvisie. Het Noorse fonds is niet alleen een appeltje voor de dorst maar ook een bron van invloed door te investeren in talloze bedrijven. “Het zal meer dan in het verleden zijn stem laten horen en vaker tegen besturen en bestuursleden zal stemmen, bijvoorbeeld om meer diversiteit in een bestuur af te dwingen. Tijdens het World Economic Forum in Davos, vorige maand, noemde CEO Tangen de excessieve beloningen van Amerikaanse multinationals ‘diefstal op klaarlichte dag’. Afgelopen week dreigde het fonds nog dat het tachtig raden van bestuur zal wegstemmen omdat ze hun groene en sociaal-­maatschappelijke doelen niet halen.” Mooi stuk in De Volkskrant:

February 10
Selected by:
Wouter van Noort
  + 13 saves